Het is een lastig dilemma en een vraag die we heel vaak van lezers en volgers krijgen: moet je nou wel of niet gebruikmaken van de textielcontainer? Het korte antwoord is: ja. Maar… met een kanttekening. Want alle tweedehands kleding die je doneert – bijvoorbeeld via textielbakken – is handel geworden. Handel die de halve wereld over reist. En dat is, zacht gezegd, niet zo best voor het milieu. In dit artikel leggen we uit hoe het zit, zodat je een betere afweging kunt maken wat je er wél en niet in stopt.
Waarom de textielcontainer óók een goed idee is
Het idee achter de textielcontainer is zo gek nog niet, want textielrecycling kan en móet beter. Op dit moment gooien we kleding massaal verkeerd weg: meer dan de helft van al het afgedankte textiel belandt bij het restafval en verdwijnt in de verbrandingsoven. Zo zonde, want volgens het CBS had zeker 58% van deze kleding nog gedragen of gerecycled kunnen worden.
Daarom is het fijn dat er plekken zijn waar je textiel gescheiden kunt inleveren. Sorteercentra schatten dat zo’n 90% van het ingezamelde textiel een tweede leven krijgt. Het liefst natuurlijk als kleding, dus hergebruik. Maar wat echt niet meer draagbaar is, kan prima gerecycled worden tot iets ‘laagwaardiger’ zoals isolatiemateriaal, akoestische vulling, poetslappen of de vulling van autostoelen. Voor oud textiel is de container dus zeker een betere optie dan de vuilnisbak. En je kunt er meer in kwijt dan je misschien denkt: ook handdoeken, theedoeken, sjaals, knuffels, gordijnen en schoenen – wel graag als paartje bij elkaar gebonden of in een tas – zijn welkom. De techniek is er, de bak staat vaak om de hoek – dus wat let ons?
Maar – en die ‘maar’ komt eraan – dat is niet het hele verhaal. Want hoewel het systeem technisch goed in elkaar zit, schuilt er ook een flinke schaduwzijde achter deze ogenschijnlijk circulaire route. En die begint zodra je beset dat de kleding die jij inlevert niet zomaar bij een goed doel terechtkomt, maar vooral onderdeel wordt van een wereldwijde handel.
De wereldreis van tweedehands kleding is vervuilend
Wat veel mensen niet weten: kleding die je inlevert in een textielcontainer, blijft zelden gewoon in Nederland. De meeste ingezamelde kleding wordt verkocht aan sorteerbedrijven, en van daaruit verhandeld aan internationale kopers. Grote partijen gaan in bulk naar landen als de Verenigde Arabische Emiraten, waar ze tijdelijk worden opgeslagen in zogeheten ‘vrije handelszones’. Daarna reizen ze verder naar plekken zoals Pakistan, waar de kleding onder matige arbeidsomstandigheden – lees: lekker goedkoop – met de hand wordt gesorteerd. Wat verkoopbaar is, keert soms – na duizenden kilometers – als ‘vintage’ terug naar Europa. De rest belandt op markten in Afrika of eindigt alsnog op afvalbergen.
Ook textielcontainers waar een goed doel op staat, zijn meestal onderdeel van dit systeem. De kleding gaat niet direct naar mensen in nood, maar wordt verkocht aan sorteercentra. Van de opbrengst worden dan nieuwe projecten gefinancierd. En hoewel die projecten vaak heel zinvol en hard nodig zijn, is het goed om je bewust te zijn van het échte doel van inzameling: niet per se het helpen van mensen door kleding te doneren, maar het genereren van inkomsten voor goede doelen.
Volgens onderzoek van Follow the Money verdrievoudigt de CO2-uitstoot van een kledingstuk wanneer het naar het buitenland wordt gestuurd voor sortering en verkoop. Gaat het per vliegtuig, dan is de uitstoot zelfs twaalf keer hoger dan wanneer het lokaal zou worden verwerkt. En niet alles haalt de eindstreep: kleding raakt beschadigd, is niet verkoopbaar of eindigt alsnog als afval. Dat maakt de hele keten – die ooit bedoeld was voor hergebruik – behoorlijk wrang.
Ook Project CeCe onderstreept dit beeld: veel kleding wordt verhandeld in plaats van direct hergebruikt. Vintagewinkels kopen vaak in bulk op wat eerder al in Pakistan is gesorteerd. En die ‘vintage vondsten’ zijn dus lang niet altijd zo authentiek of duurzaam als ze lijken. Heb je je altijd al afgevraagd waarom sommige vintagewinkels zulke perfect gecureerde collecties hebben? Dan heb je nu je antwoord. Die kleding is vaak over de hele wereld verzameld, uitgefilterd op stijl en verkoopbaarheid en daarna weer terug geïmporteerd. De slechtste kleding belandt vaak in Afrika, waar de kwaliteit zó laag is dat ze er weinig mee kunnen. Na vele omwegen eindigt het daar alsnog op de inmiddels iconische kledingbergen in onder andere Ghana en Chili die zelfs vanuit de ruimte te zien zijn. Helaas is dat vintage omablousje in die charmante boetiek vaak een minder authentieke vondst dan het lijkt.
Wel of niet die textielbak gebruiken?
Regelmatig krijgen we de vraag of we een textielbak zouden adviseren. Ons eerlijke antwoord: ja, voor kapot textiel dat gerecycled kan worden, is de textielcontainer op dit moment het beste systeem. Gooi het daar dus vooral in – beter dan bij het restafval, want dan verdwijnt het in de verbrandingsoven. Maar voor goede kleding en textiel dat nog makkelijk een ronde mee kan? Dan kiezen wij liever een andere bestemming. Lever het in bij een kringloopwinkel, verkoop het via een platform zoals Vinted of geef het weg via een initiatief als The Clothing Loop (een kledingruilnetwerk). Dan weet je tenminste zeker dat jouw kleding hier blijft, en niet de halve wereld over reist om uiteindelijk alsnog op een kledingberg te eindigen.
Meer artikelen die je interessant zult vinden
- Bekijk ook: giftige fast fashion kleding.
- Bekijk ook: je oude boeken online verkopen en geld verdienen.
- Bekijk ook: de recycling van glas, zo werkt dat dus!
Bronnen: Follow the Money, EenVandaag, Radar, Milieu Centraal, CBS.nl, rtlnieuws.nl. Photo credits: Angela de Vlaming.



